Woensdag 4 april 2012

Vandaag een jaar geleden vertelde ik Guusje dat ze onderzocht werd op kanker. Waarom pas na vier dagen? Ik had er moeite mee. Gewoon uitspreken: mijn kind heeft kanker. Bijkomstig probleem: hoe vertelde ik het Guusje? Daarbij kreeg ik hulp van een pedagogisch medewerker. Een uitgebreid voorbereidend gesprek. Daarna een kort gesprek met Guusje. Zaken benoemen in woorden die ze begrijpt. Ken je het woord kanker? Ken je mensen die kanker hebben?

Deze ochtend werk ik thuis. Geeft me de kans om even op en neer te rijden naar Tilburg. Mijn nieuwe bril is een afzakker. Even langs de opticien. Op de terugweg telefoongesprekken voor mijn werk vanuit de auto. De verbinding valt steeds weg. Thuis zie ik op Twitter dat Vodafone last heeft van storing door brand.

Vandaag samen met een collega naar Zuid-Limburg. Daar verzorgen we een presentatie voor een klant. Onderweg tijd om te praten. Mijn collega rijdt. Ik twitter.

Vanavond eet ik niet thuis. Ik heb met Susan afgesproken bij de Verkadefabriek in ’s-Hertogenbosch. Ze leest mijn blog al tien maanden. Via Twitter hebben we regelmatig contact. Het is onze tweede ‘live’ ontmoeting. Een openhartig en inspirerend gesprek. Diverse onderwerpen passeren de revue. Bijvoorbeeld een probleem waar veel managers mee worstelen:
Mijn medewerker heeft een ernstig ziek kind. Wat nu?
Mijn collega heeft een overleden kind. Hoe kan ik helpen?
Volgens Susan biedt mijn boek veel aanknopingspunten. Goed onderwerp voor een lezing. Praktijkervaring genoeg.
Het is bijna 12 uur als we afscheid nemen. We zijn nog lang niet uitgepraat, maar morgenochtend roept het werk. Daarom snel naar huis.