Donderdag 29 december 2011

Weer een vakantiedag. Lisa is vroeg de deur uit. Geld verdienen met oppassen. Alle andere kinderen slapen. Zelfs Loes. Zij heeft gisteravond naar een film mogen kijken. Heerlijk rustig aan het ontbijt.

Later in de ochtend vul ik een enquêteformulier in van DELA. We hebben geluk gehad met Janet, onze uitvaarbegeleidster. Yvonne en ik zijn tevreden over haar werkwijze. Dat goede gevoel neemt niemand ons af. Zelfs niet de hoogte van de rekening.

’s Middags gaan we naar de bioscoop. Dezelfde als op woensdag 26 oktober. Toen gingen we met Guusje, Anton en Loes naar The Lion King. Dezelfde avond reden we naar het AMC. Daar zou Guusje vier dagen later overlijden. Toen zat ik tussen Guusje en Anton in de bioscoopzaal. Nu tussen Lisa en Yvonne. Eerst voorfilmpjes. Beetje wegdromen. Ineens is daar de trailer van ‘Achtste groepers huilen niet.’ Een film die half februari in première gaat. Over een meisje dat leukemie krijgt en daar uiteindelijk aan overlijdt. Ik voel tranen. Ik kijk naar Yvonne. We knijpen in elkaars hand. Guusje is heel dichtbij ons. Vrij snel daarna begint de hoofdfilm. Ook nu gebeurt weer waar ik bang voor ben. Mijn ogen vallen dicht.

Na de film gaan we een hapje eten. De kinderen hebben geen trek in McDonalds. Wel in de Koffeeclub. Dat was Guusje’s favoriete lunchroom. Even later zitten we met zevenen aan een broodje. Guusje en ik bestelden altijd hetzelfde. Zo ook vandaag.

’s Avonds rijden Yvonne en ik naar Uden. We gaan op visite bij Karin en Arnoud van Velzen van Stichting Lucai. In juli 2009 overleed hun dochter Loek. Ze had kanker. Indrukwekkend vind ik foto’s van Loek. Gemaakt drie weken voor haar dood. Onvoorstelbaar. Zeker als je wat langer naar de foto’s kijkt.
Lotgenotencontact is prettig. We komen niet uitgepraat. Karin en Arnoud leven elk op eigen wijze met het gemis. Dat zie je vaak. Hoe zal het bij ons straks zijn? Ik heb geen idee. Yvonne en ik staan nog aan het begin. Wij zijn pas twee maanden onderweg zonder Guusje. Karin en Arnoud bijna tweeëneenhalf jaar zonder Loek.

Veel te laat vertrekken Yvonne en ik uit Uden. Het is na enen. Erg donker en het waait hard. Ik ontvang een sms. Ik geef de telefoon aan Yvonne. Zij leest voor:

Denken jullie ook nog ooit naar huis te komen?

Papa en mama komen te laat naar huis. Een boos sms’je van onze oudste dochter. Zouden we thuis op ons kop krijgen?